Brief

door Dik Mook

Brieven schrijven is niet helemaal meer van deze tijd, zegt men. Maar, wat is een brief? Moet die met de hand geschreven zijn op handgeschept papier, of mag die ook als e-mail verstuurd zijn?

Van januari tot maart mag ik weer van mijn vijfjaarlijkse studieverlof genieten en dat ga ik doen in de vorm van brieven schrijven … en hopen op antwoord. Het leuke van een briefcorrespondentie is dat je op elkaars brieven antwoordt, zonder dat daar per se van een vraag sprake hoeft te zijn.  Antwoorden op een brief is reageren op elkaar, inzichten en ideeën uitwisselen.
Mijn brieven zal ik sturen aan de mensen die ik de afgelopen 40 jaar heb leren kennen binnen mijn werk als jongerenwerker. Ik wil de ideeën en ontwikkelde uitgangspunten uit deze lange periode, van wat vrijzinnig jongerenwerk is, toetsen op hun houdbaarheid en vitaliteit. En ik zal de brieven aan deze mensen per e-mail sturen, maar zo veel mogelijk in de vorm van een ouderwetse brief, met datum, plaats en aanhef.
Ik doe dit alles omdat ik bijna met pensioen ga; in het weekend van 18/19 juni zal het afscheid plaatsvinden. Dan hoop ik een schat aan briefcorrespondentie te hebben, die ik in een digitaal jasje presenteer. Beeld- en geluidsmateriaal uit deze 40 jaar kan aangeklikt worden en er kan op thema gezocht worden. Zo wil ik een inspiratiebron samenstellen, geen kant en klaar werkboek. Nieuwe jongerenwerkers moeten hun eigen ontdekkingen doen en nieuwe activiteiten en beleid ontwikkelen. Het zou dan ook mooi zijn, als dit digitale inspiratieboek in de toekomst aangevuld zal worden met nieuwe en actuele brieven en beeldmateriaal.
Van januari tot maart zal ik dus minder bereikbaar zijn; april, mei en juni rond ik mijn werkzaamheden binnen Vrijburg af en op 18/19 juni bij het afscheid presenteer ik mijn inspiratieboek.

gepubliceerd op 15 januari 2016



Alle columns