Dominicuscollege – #209

door Vrijzinnige Miniaturen

Geschreven en voorgelezen door Holkje van der Veer
Geluidsmontage Seth Mook

In kranten als Trouw en De Gelderlander lees ik over de op handen zijnde sluiting van het Dominicuscollege in Nijmegen. Het leerlingenaantal neemt af, op deze school voor HAVO en VWO. Het college staat bij mij in de wijk. Ik ben er de afgelopen jaren veel geweest.

Het begon allemaal zo:
Wij, enkele dominicaanse broeders en zusters, werden vier jaar geleden uitgenodigd om iets te komen vertellen over het hedendaagse kloosterleven. Na afloop van onze gastlessen werden wij getrakteerd op een rondleiding door het gebouw. Zo ontdekte ik dat hier een aparte afdeling is voor scholieren met een fysieke beperking of een chronische ziekte.

Het zien van de aangepaste lokalen waarin ik een enkele rolstoel zag staan, deed bij mij iets kriebelen van binnen. Ik dacht: ‘het is hier normaal als je in een rolstoel zit, een kromme rug hebt of met stokken moet lopen’. Spontaan zei ik tegen de mensen om mij heen: “Hier wil ik vrijwilligerswerk doen!”

En zo geschiedde; enkele dagen later had ik een afspraak met de directeur en werd ik klassenassistent bij het vak Beeldende Vorming. Op verzoek van de leerlingen met spasmen in de handen pakte ik potloden en kwasten uit de kast en kleurde op hun aanwijzingen, zowel binnen als buiten de lijntjes. Voor Noa, Joris en Bram was ik voor een uur per week ‘hun handen’. Tijdens het mengen van verf of het knippen van figuren spraken we over van alles en nog wat en maakten we veel plezier. Iedere week leerde ik de leerlingen beter kennen, en liet ook ik mijzelf kennen.

Voor mij waren het gouden ochtenden. Waarom?
Zestig jaar geleden werd ik geboren met een chronische aandoening: het Marfansyndroom.
Als er spanningen rond je gezondheid zijn, je vaak naar het ziekenhuis moet of als je pijn hebt, dan is het niet makkelijk om mee te komen in het reguliere onderwijs. Je loopt al snel achterstanden op, die van invloed zijn op de rest van je studietijd.
Gelukkig vonden mijn ouders voor mij een Amsterdamse Montessorischool waar ik, zo goed en zo kwaad als het ging, op eigen tempo kon leren. Eindeloos lang heb ik over mijn middelbare school gedaan.

Nu zit ik hier met de krant in mijn handen. Bij het artikel zie ik een foto waarop ik Joris met een rolstoel herken. Omdat hij er een journalist bij gesleept heeft, ben ik trots op hem. Op deze manier komt het protest van de leerlingen zelf. Zij zijn het, die laten weten hoe belangrijk hun school is. Ze zeggen: ‘we zijn blij met onze school omdat het een goede leeromgeving is. Het onderwijs is hier bijzonder omdat het er zo gewoon, zo normaal is. Het maakt hier niet uit of je wel of geen beperking hebt. Juist dat gewone, daar houden wij van’.

De scholieren met en zonder een beperking krijgen op het Dominicuscollege zoveel mogelijk samen les. Joris zegt: “Iedereen wordt hier beter van, we leren van elkaar, verschillen vallen weg”.
Joris en zijn vrienden laten van zich horen, omdat met het verdwijnen van deze veilige plek er volgens hen ook een einde komt aan inclusief onderwijs. Ze zeggen : wij streven uiteindelijk naar een samenleving waarin iedereen gelijkwaardig kan meedoen en deze school is daar een goed voorbeeld van.

Ik ben het met de leerlingen eens. Ook ik hoop op een maatschappij waarin iedereen er bij hoort, ieder mens ongeacht het hebben van een beperking mee mag doen en recht heeft om op eigen tempo talenten te ontwikkelen.

gepubliceerd op 16 november 2021



Alle columns