Blog 32 ‘Liefde in tijden van Corona’- bijdrage van Sabine van der Does

door Joost Röselaers

Sabine van der Does in gesprek met De Merel van Rutger Kopland (het gedicht is hieronder toegevoegd).

DE MEREL

De merel kijkt mij aan.
Hij is weer terug op mijn keukentafel.
Maar zijn zang hoorde ik niet in de ochtend.

Opgekruld in mijn slakkenhuis denk ik nog even na
of ik naar buiten zal kruipen.
Jouw zang hoor ik niet.
Ik lig ook niet leeg te wachten om mij te laten vullen met jouw lied.
Het is nog te vroeg.
Ik sta er niet voor open.

Je kijkt me aan, je sterke snavel krachtig naar voren.
“Kom op, wat is dat nou?”
“Het is goed, merel.
Ik luister wel naar je.
Ik luister in herinnering.
Ik hoorde je in de avond.
Je zat hoog op een schoorsteen.
Je zong en je kreeg antwoord.
Jullie zaten daar in de overvloeiing van de dag naar de avond.
In die prachtige atmosfeer.
Je schiep de stilte om je heen.
En toen was er die leegte, die jullie samen vulden”.

Nu niet.
Nu wordt hij gevuld door een warm telefoongesprek,
twee roodborstjes, een lieve mail.
Gelukkig is er ruimschoots leegte.

gepubliceerd op 18 april 2020



Alle columns