Kinderen van een Vader – #204

door Vrijzinnige Miniaturen

Geschreven door Eli Valeton
Voorgelezen door Gert van Drimmelen
Geluidsmontage Seth Mook

Wat een mooi lied is dit toch! Een oecumenische tekst die ons aanspreekt. Wie als kind op Remonstrants verteluur zat kent het. Het is geschreven voor kinderen, maar zouden volwassenen dit niet even goed kunnen zingen? Of het voor onze tijd wat te simpel en te blijmoedig? Wel zouden we tegenwoordig de tekst willen aanvullen met iets over huidskleur, LHBTI-gemeenschap en religie. We willen graag dat IEDEREEN erbij hoort.

Voor jonge kinderen is de melodie misschien wat moeilijk, met een paar grote sprongen. En de woordkeus ook. Bij “tong” denkt een kind waarschijnlijk alleen aan dat “ding” in je mond waarmee je je vingers kunt aflikken. Leuk woord eigenlijk, met meerdere betekenissen. Behalve die beweeglijke spier in je mond is er ook de overdrachtelijk betekenis: taal of manier van spreken. En dan is het ook de beschrijving van bij voorbeeld vlammen, zoals ze bewegen, zoals ze lijken te likken aan het hout in de haard. Waar ik als kind nooit aan dacht en wat mij nu opvalt is de associatie met Pinksteren, met de “tongen van vuur” die neerdalen op de apostelen. Waarin twee betekenissen samenkomen in het geestdriftig spreken in vele talen.

Kinderen van één Vader zijn wij allemaal. Die woorden roepen een heerlijk gevoel van saamhorigheid op. Maar het is niet zo eenvoudig, zo duidelijk. “Wij allemaal”, wie zijn dat? Gewoon iedereen? Gewoon alle mensen op deze wereld? Of is de kring kleiner? Natuurlijk, iedereen die lief en goed is hoort erbij. Iedereen die hoort bij “ons” –  en dat “ons” dan tussen aanhalingstekens. Maar hoe zit dat met slechte mensen, die geweld plegen, die verkeerde ideeën aanhangen en foute gedachten hebben? Zondaars, met een goed bijbels woord. Is God er ook voor hen? Is God er ook voor mensen die niets met hem/haar te maken willen hebben? Ze worden niet voor niets goddeloos genoemd. Die willen wij er niet bij hebben. En dan zijn er ook altijd mensen waar we een hekel aan hebben ook al is er niet echt iets mis met hen. Het is moeilijk om die ook toe te laten tot onze kring.

Misschien vinden we in de bijbel het antwoord. Bij voorbeeld in psalm 1.

Niet zo gaat het de bozen!-
nee, als met kaf:
een windvlaag blaast het weg!
Zo houden ook bozen
niet stand in het gericht,
noch zondaars
in de bijeenkomst van oprechten.
Want van de weg der oprechten
wil de Ene wel weten,
en de weg van bozen gaat teloor.

Er is dus een duidelijk scheiding tussen de goeden en de kwaden en het is duidelijk aan welke kant God staat. Maar lezen we in de evangeliën dan vinden we een ander antwoord. Jezus gaat om met mensen die niet in de categorie “lief en goed” vallen. Iedereen hoort erbij. En als ons dat niet bevalt dat moeten we daar iets aan doen. Nee, niet direct die ander gaan bekeren! Eerst aan jezelf werken, aan je tolerantie, je soepelheid in acceptatie van wat in eerste instantie vreemde mensen zijn, en in je vertrouwen dat mensen kunnen veranderen. Het is niet aan ons om te bepalen wie de kinderen van die ene Vader zijn!

Er werd in het nieuws eens iets gezegd over iemand die gearresteerd was omdat hij een aanslag had gepleegd. Hij antwoordde nergens op tijdens het verhoor. Hij zei alleen dat hij in Allah geloofde. “Je liegt”, dacht ik meteen, “als je gelovig was zou je geen geweld gebruiken!”. En toen was het of ik een tik op mijn hoofd kreeg. En ik begreep dat zo’n uitspraak over geloof niet in twijfel getrokken mag worden. Als iemand zoiets zegt dan móet je dat accepteren. “Ja maar…” , gingen mijn gedachten verder. Inderdaad, je zou met zo iemand in gesprek kunnen gaan over de vraag waarom hij dan toch geweld denkt te mogen gebruiken. Staat dat in de Koran? Ik heb eens een imam horen zeggen dat dat niet zo is.

Het leven stelt moeilijke vragen. Wat heerlijk is het dan om af en toe als een kind te zijn en dat lied te zingen over al die kinderen van één Vader.

gepubliceerd op 12 oktober 2021



Alle columns