We laten jullie niet alleen – #235

door Vrijzinnige Miniaturen

Geschreven door Herman Vinckers
Voorgelezen door Gert van Drimmelen
Geluidsmontage Seth Mook
Thema : We laten jullie niet alleen… Oekraïne, Estland, Letland, Litouwen, Polen, Finland en Zweden

Eind augustus 2019 begon Oost-Europacorrespondent Michiel Driebergen aan een jaloersmakende cruise van een week over de Dnjepr. Hij scheepte in Kyiv in en deed dagelijks op Twitter verslag van zijn reis (twitter.com/3bergen; volg die man!). Hij passeerde steden met ook ons inmiddels bekende namen: Dnipro (of Dnipropetrovsk), Zaporizja (met zijn enorme kerncentrale, die in maart door de Russen werd beschoten) en Cherson (door Driebergen ‘de parel aan de Dnjepr-monding’ genoemd). Hij eindigde 1500 kilometer verderop in Odessa. Zeker Kyiv en Odessa zijn steden die altijd al tot mijn verbeelding hebben gesproken en waar ik beslist een keer naartoe wilde – en nu, na het verslag van Michiel Driebergen, met de zonnige foto’s die hij postte, helemáál. Ik ben meteen op internet gaan zoeken en ja hoor: verschillende reisorganisaties boden de cruise aan. Dát ging ik een keer doen!
Zelf maakte ik eerder dat jaar, in juli 2019, een minstens zo fascinerende reis: met mijn vriend Ruud was ik op fietsvakantie in Estland en Letland. Het was een vervolg op onze fietsreis twee jaar daarvoor langs de kusten van Polen, het Russische Kaliningrad, Litouwen en Letland. In 2017 was ik al gevallen voor Letland en zijn bruisende hoofdstad Riga, nu kwam Estland daar nog bij – of ging er eigenlijk overheen. In het sprookjesachtige Tallinn waren we maar kort, maar dat gemis werd ruimschoots gecompenseerd door de niet minder schilderachtige plaatsen Haapsalu en Kuressaare, en in iets mindere mate Pärnu. Wat een ontdekking! De Baltische staten, zo dichtbij en toch zo onbekend. Leden van dezelfde EU en NAVO als wij.
Het spannendste stuk van ons project ‘fietsen langs de Oostzee’ vond ik Kaliningrad, deel van het grote, boze Rusland. Daar hadden we visa voor moeten aanvragen en hotels boeken, want kamperen kon er niet. Bij de grens tussen Polen en Rusland bleken echter de Poolse grenswachten stug en de Russen vriendelijk. We durfden het ons zelfs te veroorloven grapjes met de Russen te maken (‘Fiets je een eindje mee?’). In de exclave Kaliningrad was er niets dat we eng vonden, behalve misschien dan een gedeelte waar we de weg kwijtraakten en noodgedwongen een eind over een, overigens tamelijk lege, snelweg moesten fietsen. Tijdens een lunchpauze in de berm passeerden er legervoertuigen met soldaten, die er ontspannen en uitgelaten uitzagen. Dit zijn dus die gevaarlijke Russen, dacht ik nog.
Bij de grensovergang op de Koerse Schoorwal tussen Rusland en Litouwen ging het eender als bij de eerdere grenspassage: de Russen lieten ons vrolijk door, terwijl de Litouwers ons eerst eindeloos lieten wachten en uiteindelijk ronduit onaardig deden. Maar toch voelde ik ook opluchting: we waren weer thuis, in onze Europese Unie, waar we weer met euro’s konden betalen.
Voor de zomer van 2022 hebben we plannen om onze fietstocht rond de Oostzee voort te zetten: vanaf Helsinki via de Ålandeilanden naar Stockholm. Maar…

In 2017 brachten we in Riga een bezoek aan het Museum van de Bezetting, waar drie periodes van bezetting van Letland in de twintigste eeuw belicht worden: de bezetting door de Russen in 1940-1941, tot 1945 door de Duitsers en daarna die tot 1991, weer door de Russen. Ik vroeg aan de vrouw die ons rondleidde of ze niet bang waren voor de Russen. ‘We zijn niet bang, maar wel op onze hoede’, was haar antwoord.
Inmiddels (het is april 2022 wanneer ik dit schrijf) wordt door het Russische ministerie van Buitenlandse Zaken gesproken over de noodzakelijke ‘denazificatie’ van Letland en gaat het op de Russische televisie zelfs openlijk over een no-flyzone boven de Oostzee en een bezetting van Estland, Letland en Litouwen, een deel van Polen en het Zweedse Gotland.
De Russische aanval op Oekraïne maakt me razend. Ik denk steeds: ik moet iets dóen. Maar wat kán ik doen? Als vlaggenliefhebber heb ik een Oekraïense vlag aangeschaft, die fier wappert aan mijn gevel. Ik heb geld gestort op giro 555. Ik tweet en retweet af en toe berichten over de oorlog, al dan niet vergezeld van de hashtag #StandWithUkraine of #Слава Україні! Ik mijmer weleens dat ik erheen wil, meehelpen, meevechten tegen de Russen. Volstrekt onrealistisch: ik ben niet in militaire dienst geweest en heb ook verder nul gevechtservaring. Mijn huis is te klein voor de opvang van wie dan ook, ik pas er zelf net in. Wát kan ik doen?
En hoe gaat dit verder? De Oekraïners houden moedig stand, maar zullen misschien toch een deel van hun land kwijtraken. Zweden en Finland staan op het punt het lidmaatschap van de NAVO aan te vragen. ‘Als jullie dát doen’, dreigen de Russen, ‘dan stationeren we kernwapens in Kaliningrad.’ In míjn Kaliningrad, dat op het oog zo ontspannen en vreedzame stukje Rusland. En wát als Rusland de Suwalki-corridor inpikt, de 90 kilometer lange grensstrook tussen Polen en Litouwen, en daarmee Litouwen, Letland en Estland afsluit van de rest van Europa? Míjn Litouwen, met zijn barse grenswachten en lekkere ‘zeppelins’, míjn Letland, met zijn oogverblindende jugendstil in Riga en de spectaculaire Kaap Kolka, míjn Estland, met het sprookjeskasteel van Kuressaare en de betoverende muziek van Arvo Pärt.
Misschien is dit júist het moment om wél op vakantie te gaan in het Oostzeegebied. Me niet te laten weerhouden door de angst om in een oorlogssituatie of in vluchtelingenstromen terecht te komen. En om tegen de Russische agressors, Vladimir Poetin voorop, te zeggen: ‘Krijg toch allemaal de klere!’

gepubliceerd op 18 mei 2022



Alle columns