Vrijzinnige miniatuur #67

door Vrijzinnige Miniaturen

Geschreven door: Matthijs de Jongh
Voorgelezen door: Sanne van Deursen

Sinds ik uit het riet werd weggesneden

In Vrijburg kwam ik voor het eerst toen Vrijburg nog geen Vrijburg heette. Aan het eind van mijn middelbare school, begin jaren ’90, belandde ik in een groepje scholieren dat onder begeleiding van Lenie Van Reijendam kennismaakte met de religieuze veelkleurigheid van onze stad. Zo bezochten we iemand die zijn zolderkamer in de Pijp had omgebouwd tot hindoetempel: ‘onze lieve Vishna op zolder’ als het ware. We aten kosher in een joodse mensa. En een imam leidde ons rond in een Moskee in de Bijlmer. Pluriformiteit werd die jaren nog als iets positiefs gezien.

Toevallig moest ik daaraan denken bij lezing van een prachtig interview met de Iraanse wetenschapper Asghar Seyeb-Gohrab. Waar vele gevluchte Iraniërs de islam vaarwel hebben gezegd, toont hij juist de zachte kant van de islam: de islam die van oudsher teruggetrokken is, vroom en zelfkritisch met aandacht voor kunst, cultuur en schoonheid. Seyeb-Gohrab doelt op het soefisme, de mystieke stroming die is gericht op een persoonlijke verhouding tot God. Niet door middel van dogma’s maar in meditatie, dans en poëzie proberen soefi’s in een gebroken wereld de verbinding met het hogere te bereiken.

De spanning tussen gebrokenheid en verlangen naar heelheid vormt in die traditie een rijke bron van inspiratie. Bijvoorbeeld in dit gedicht van de 13e-eeuwse mysticus Rumi, de klaagzang van de rietfluit:

Hoor hoe klagend de rietfluit klinkt,
hoe hij vertelt over lange scheiding:
“Sinds ik uit het riet werd weggesneden,
klagen mannen en vrouwen in mijn gefluit.
De scheiding moet mijn borst doorboren,
opdat ik zeg hoe ik lijd door verlangen.
Ieder die van zijn oorsprong is verdreven,
wil terug naar de tijd van samenzijn.”

Het gedicht bevat prachtige paradoxen: het weggesneden riet staat symbool voor de verloren eenheid die de dichter zo betreurt. Tegelijk klinkt de klaagzang daarover uit de fluit die uit datzelfde riet is gesneden. En pas als zijn borst is doorboord – als de gaten in de fluit zijn gemaakt – kan hij zingen over zijn lijden.

Seyeb-Gohrab belicht die andere, ingetogen kant van de islam. Waar wij vandaag zo worstelen met culturele spanningen, toont hij ons hoe het streven naar verbinding ook een bron van inspiratie kan zijn. Zo helpt Seyeb-Gohrab ons mentale kloven te overbruggen. Hij laat zien hoe kennismaking met de ander bijdraagt aan verdraagzaamheid. Een les die ik dertig jaar geleden ook mocht leren van Lenie van Reijendam.

gepubliceerd op 8 december 2020



Alle columns