Koning David

door Jessa van der Vaart

Toen ik op 30 april de kersverse koning de Nieuwe Kerk zag binnenschrijden, moest ik denken aan een verhaal over David: de herdersjongen die werd geroepen tot het koningschap. Op een goed moment lijkt alles in Davids leven te zijn gelukt: hij versloeg de reus Goliath, bundelde de verstrooide stammen tot 1 natie en hij werd tot koning over Israel gezalfd. Wat wil je nog meer? David weet het wel. Hij mist nog 1 ding: religie! Hij herinnert zich dat ergens in een schuur de ark met de tien woorden staat te verstoffen. Die moet natuurlijk naar Jeruzalem komen, als kroon op zijn succes! David haalt alles uit de kast om een triomftocht te organiseren. De ark wordt op een nieuwe kar gehesen en met veel vertoon, onder leiding van de meest uitgelezen knapen, naar de stad gereden. Maar dan glijdt een van de runderen uit. De kar kantelt en een priester die de ark probeert op zijn plaats te houden valt dood neer. De boodschap is duidelijk: dit is niet de bedoeling!
En David komt tot inkeer. Hij probeert het nog een keer, maar dan helemaal anders. De tweede keer laat hij de ark dragen door mensenschouders. Het verhaal over de mensengod spreekt immers niet voor zich. Daar moeten de schouders onder gezet worden. En hij zelf gaat dansend voor de ark uit, slechts gekleed in een ‘linnen lijfrok’. Hij is niet langer de generaal met een rij lintjes, maar een koning in zijn hemd! Dienstbaar aan de Naam ‘Ikzalerzijn’ en de tien woorden.
Michal, zijn vrouw, schaamt zich dood als ze hem zo Jeruzalem binnen ziet komen. En dat hadden wij denk ik ook gedaan als we de nieuwe koning dansend in zijn hemd de Nieuwe kerk binnen hadden zien komen. Maar ja, daarom is het dan ook een visioen: een droom van een koning uit de hemel die al zijn mensen, inclusief onze nieuwe koning, zal dienen.

gepubliceerd op 6 juni 2013



Alle columns